Het was de prachtigste dag ooit. Mooi weer. Een hippe winkelstraat met overhellende winkelpanden en uitnodigende veiligheidslui. En een zot budget. Waar haalde ze dat uit het niets vandaan? Maakt niet uit. Ze had zin om haar levensvreugde uit te schreeuwen. Ze zou haar vrouwelijkheid eens flink in de verf zetten. Maar iedereen weet dat perfect geluk enkel in de boekjes voorkomt en in Hollywoodproducties. Aan elke ideale situatie bengelt een prijskaartje en al zeker in een irreële omgeving.
Want dan wordt ze belaagd door tientallen armen met grijpgrage vingers. Ze poppen op van tussen de keurig gelijnde straatstenen en uit uitstalramen en openstaande winkeldeuren. Ze raken haar aan aan billen, borsten, buik, haren, omvatten haar enkels, slingeren zich tussen haar benen, dringen binnen in haar intieme delen. Ze raakt verstrengeld in een web van knijpende, grijpende, strelende en penetrerende vingers en opdringerige handen. Ze wil zich onttrekken, losrukken, bevrijden, maar ze wordt steeds strakker vastgezogen, kan geen stap meer verzetten. Wrikken en wringen, tegenwerken en verzetten mondt uit in een steeds strakker zittend korset van wriemelende en wrijvende handen en vingers. En als ze om hulp wil roepen wordt haar neus toegeknepen en een drankje in haar mond gekwakt dat best lekker smaakt, maar haar wel akelig doet duizelen en wankelen. En vooraleer ze er zich van bewust is dat haar kleren brutaal van haar lichaam worden gerukt, is ze al bewusteloos op de grond gesmakt en hoort ze in de verte slechts grommende en snuivende geluiden wegechoën.
De retraite
Haar eerste idee is om te gaan bidden. Ze denkt aan de non, de kloosterzuster die haar leven wijdt aan de verheerlijking van de Heer. Ze cijfert zichzelf helemaal weg. Sara is in rook opgegaan. Sara bestaat niet meer. Sara is nog slechts een schim van zichzelf en functioneert alleen in functie van.
Piekeren is uit den boze. Het is de logica zelf. Zelfbescherming heet dat. Ze zit elke dag uren op haar knieën om Zijn mededogen af te smeken, Zijn zegen te ontvangen. Ze hoopt dat Hij zegt: “Ik heb je boodschap ontvangen, lieve Sara. Ik neem jou op in Mijn warmte.”
Nee, het is niet hetzelfde. Ze gaat niet op haar knieën om zijn liefde bedelen. Het doel blijft: zelfbescherming. In wezen is het angst om helemaal ontwricht te worden. Stuurloosheid. Zelfverlies. Het uit de bocht gaan en met het hoofd tegen de muur knallen. Van nature is ze een bibberkont. Het is misschien een cliché, maar het klopt wel: haar hart slaat over als een spin plots, midden in haar avondlijke bedlectuur, over het laken haar richting uitsnelt. Ze slaat in paniek als een boyscout aanbelt en ze niet weet hoe ze het zakje marsepein ter steun van de locale jeugdbeweging kan afwimpelen. Het is een andere angst: de angst om pijn te doen, om iemand een depressie aan te praten. Maar het blijft angst en ze is bang van de angst.
Ze wil een leven zonder zorgen, zonder vrees. Rimpelloos. Spannend, heus wel, maar zonder inbreuken op haar gemoedsrust. Een golvende zee, maar zonder springtij.
Kan het gebed tot de aanhijgende geweldenaar die in ieder van jullie zit, daarbij helpen?
Het begint met het habijt. Het is een fysieke stap naar onzichtbaarheid, bescherming tegen wat zomaar uit de hemel kan komen vallen.