“Onze zoon Wilco speelt met de gedachte om naar België te verhuizen. Hij vindt Belgen warme, sociale mensen, levensgenieters bij wie je je meteen thuis voelt en hij overweegt om van die Bourgondische samenleving deel uit te maken.”
Aan het woord is Anneke, een Nederlandse vriendin die me samen met haar man Kamiel, haar dochter Sanne en zwager Bilal op woensdagavond uitgenodigd heeft om de verkiezingsavond samen te beleven. Ze zijn ervan overtuigd dat er een historisch resultaat uit de bus zal komen. Met Pieter Omtzigt en zijn pas opgericht Nieuw Sociaal Contract zal het politieke landschap compleet omgegooid worden en de klassieke partijen die er een boeltje van hebben gemaakt volledig in de vernieling worden gespeeld. De opiniepeilingen geven aan dat vier partijen een nek-aan-nekrace aan het uitvechten zijn, maar ze kennen de waarde van zulke peilingen: ze zijn zelden accuraat en bij elke verkiezing valt er wel een verrassing te noteren en dit keer zal die Omtzigt heten, omdat deze integere man voor een nieuwe politieke cultuur staat en de krasselende en wereldvreemde politieke klasse een poepje zal laten ruiken.
“Er wordt niet naar de mensen geluisterd”, zegt Kamiel, “en men heeft het gehad met de generatie Rutte. Als je je oor te luisteren legt bij de man in de straat, hoor je het ongenoegen en snakt men naar een politicus als Pieter om het tij te keren en van Nederland opnieuw een gidsland te maken waarnaar men in het buitenland opkijkt.”
Ik word in de vooravond ontvangen met taart en koffie alsof het mijn verjaardag is en terwijl we wachten op de exit polls die omstreeks 21 uur door de NPO zullen worden uitgezonden, mag ik aanschuiven voor een copieuze avondmaaltijd. Het cliché van schraperige Hollanders die de hand op de knip houden is in hun geval alvast niet van toepassing en sluit naadloos aan bij de visie van hun zoon aan wie ze zich willen spiegelen.
Terwijl er alvast een borrel wordt gedronken op het succes van de voormalige christen democraat, wordt het televisietoestel ingeschakeld en bereidt een dame met Surinaamse roots ons voor op hét moment van de dag.
De mond van mijn Nederlands gezelschap valt in verbijstering open als een politicus met geföhnde blonde haren op de buis de handen voor het gezicht slaat vanwege zijn uit het niets opduikende triomf. Tot voor enkele dagen werd zijn extreemrechtse partij gepeild als vierde van het land met een aanzienlijke achterstand op drie andere en kwamen er signalen uit zijn hoek dat men uitermate tevreden was met een status quo en wat blijkt nu?
Zum leiden bin ich auserkoren. De borrels volgen elkaar nu snel op in de woonkamer van mijn Nederlandse vrienden. Deze keer niet om te klinken op het succes van de man die de nieuwe politieke cultuur gestalte zou geven en, niettegenstaande hij uit het niets een impressionante score neerzet, desalniettemin op ruime afstand op de vierde plaats eindigt. De historische avond is een feit, maar het is een andere politicus die de wereldvreemde kaste een poepje doet ruiken en de gemoederen verhit in mijn Hollands gezin.
Ik neem actief deel aan het geanimeerde gesprek dat zich na de eerste ontstellende reacties ontspint, omdat ik dit evenmin had zien aankomen. Anneke en Kamiel hadden het al aangegeven dat opiniepeilers, waar ze ook hun activiteiten ontwikkelen, het weze in Nederland, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië of België, er met de regelmaat van de klok compleet naast zitten en elke verkiezing traditioneel een verrassing baart. In dit geval niet Pieter Omtzigt, wat eigenlijk niet meer als verrassing kon worden beschouwd, maar Geert Wilders die door een kabinet dat op het thema van emigratie struikelde een ideaal campagnethema kreeg aangereikt en daar dankbaar gebruik van maakte om zijn tegenstanders door de gehaktmolen te draaien.
Terwijl we de borrels blijven aaneenrijgen en in zelfbeklag de tranen de vrije loop laten, worden wij, ongelukkigen, getroost door Frans Timmermans, voorman van GroenLinks/Partij van de Arbeid, die in een emotionele toespraak kort na de uitslag de multiculturele Nederlandse bevolking een hart onder de riem probeert te steken door te verklaren dat hij voor alle landgenoten, waar ze ook geboren werden, welke kleur ze ook hebben, welke religie ze ook aanhangen, zou blijven opkomen, ze zou omhelzen om hen van zijn steun te overtuigen. Hij roept tegelijkertijd ook iedereen met het hart op de juiste plaats op om hetzelfde te doen en zich af te zetten van wie verdeeldheid en uitsluiting nastreeft en de democratie in gevaar brengt.
Wat door mijn vrienden direct in de praktijk wordt gebracht door Bilal uitgebreid te knuffelen en te zoenen.
Omdat de avond bij de familie Oudewater wat is uitgelopen en ik niet meer in staat verkeer om de auto te besturen, heb ik de nacht doorgebracht bij het gastvrije gezin. Ik besluit de volgende morgen om nog even in Den Bosch rond te kuieren om de zinnen te verzetten en te kijken of de nieuwe politieke situatie de sfeer in het provinciestadje heeft beïnvloed. Op het eerste gezicht verloopt het leven even saai als anders voor zover ik dat objectief kan beoordelen.
Als ik een man van buitenlandse origine zich richting bushalte zie bewegen vallen me de woorden van Frans Timmermans te binnen en voel ik de aandrang om deze meteen in de praktijk om te zetten als steun voor mijn geestesgenoten en solidariteit met mijn allochtone broer die zich nu wel erg klein moet voelen.
Ik stap op de man af en omhels hem spontaan en met een gevoel van: hier, beste kerel, zo kan het ook en zo toon ik jou dat wat één derde Nederlanders vindt en voelt voor twee derde niet geldt en dat ik me voor één keer als deel van die twee derde wil uiten. Pak aan en geniet van de warmte van je medemens!
Ik kan mijn knuffel niet eens volledig uitvoeren of ik krijg al een reeks flinke slagen met een hard voorwerp op mijn achterhoofd te verwerken. De man wringt zich uit mijn omklemming, geeft me nog een klap in het gezicht waarna hij scheldend en vloekend de benen neemt. Ik lik mijn wonden, en kijk in de ogen van een aantal ontstelde gezichten. George Bernard Shaw had gelijk: ‘Onze idealen eisen voortdurend menselijke offers.’