Skip to content Skip to footer

Zelfbevrediging

 
U kent wel dat romantische beeld van de sjofele schrijver op een koude zolderkamer, die voorovergebogen aan een tafel zijn diepste zielenroerselen aan het papier toevertrouwt. Een leven in armoede, de fles binnen handbereik. Haal u de beroemde prent van Multatuli voor ogen en bewonder de heroïsche strijd van het genie. 

De schrijvers van vandaag zijn niet zelden hogeropgeleiden die al dan niet in bijberoep de muze dienen. Sporadisch duikt er ook wel eens een Jean-Marie Berckmans op, maar dat is eerder de uitzondering op de regel. Gemeen hebben ze allen dat ze ervan overtuigd zijn de volgende Boon of Claus te worden. Maar zolang de erkenning uitblijft, is het aanmodderen in de marge. Of hij nu arbeider of ambassadeur is, het maakt niet uit, elke pennenridder wordt geconfronteerd met eenzelfde probleem: hoe breek ik uit mijn cocon en breng ik mijn teksten aan de man? Hoe krijg ik in hemelsnaam mijn scheppende ik onder de aandacht van de gemiddelde lezer? Laat ons wel wezen, we hebben het hier over de amateurschrijver die een uitgever ontbeert die zijn paradepaardje op pad stuurt om via radio, tv en op literaire festijnen promotie te gaan voeren. De zalving der geheiligde voeten is slechts voor een kransje geprivilegieerden weggelegd.

In den beginne – en nu spreek ik gemakshalve uit eigen ervaring – zowat een halve eeuw geleden, vormde de schrijfmachine, in de volksmond ’typmachien’ genoemd, een opstapje naar netjes gepresenteerd werk, een zalige uitvinding voor wie niet met het mooiste handschrift bedeeld was. Ondergetekende dus. Niet dat ik een afzichtelijk handschrift heb, maar in de euforie van de in tijd beperkte inspiratiemomenten moesten de ideeën in snel tempo neergekrabbeld worden. De angst voor verlies van het begenadigde moment veroorzaakte schokgolven in de schrijvershand. De Grote Schrijver W.F. Hermans wist alles over schrijfmachines* en had een eigen collectie waarmee hij graag pronkte. Boekhandel Limerick in Gent heeft ze binnen haar muren opgeslagen zodat de fan ze met eerbiedige bewondering kan gaan bekijken. Ik was al blij met een bescheiden exemplaar dat ik in een koffertje meenam naar plekken waar ik ver van maatschappelijke druk geniaal kon wezen. Maar eens het literaire ei gelegd, hoe kom je in godsnaam aan lezers, vroeg ik me vertwijfeld af, want kan je jezelf schrijver noemen als de lezers ontbreken?

De creatievelingen onder ons herinneren zich het immense genot van vuilblauw doorslagpapier, Vlamingen noemen het ‘kalkeerpapier’, dat voor mirakels zorgde. Als je een zware aanslag had kon je er twee stuks van gebruiken en hopen dat het tweede exemplaar nog voor een leesbare doorslag zorgde. Het was niet de hipste presentatie, maar je bereikte mensen, ook al bleef het aantal beperkt.

De alcoholstencil was een aanzienlijke verbetering voor de literaire vermenigvuldiging. Een slingerbeweging en enige fysieke inspanning later stond je te glunderen met je stapeltje kopies. De accidentele vegen zorgden tijdelijk voor wrevel en gevloek. Dit apparaat werd onder andere in scholen druk gebruikt, een handige manier om leerlingen saai kopieerwerk te besparen. Het vuilblauw werd vervangen door properder – nu ja – blauw. We gingen erop vooruit. Een wezenlijke verbetering vormde de stencil die in de schrijfmachine kon worden gedraaid. De letters werden in de was op het papier geprikt. Fouten kon je met rode corrector wegwerken. O zaligheid als de stencilmachine dan je tekst in een hogere oplage afleverde. Toen kwam de elektrische schrijfmachine op de markt met een schrijfbol die scherper afgelijnde letters neerzette. Veranderde je van bol veranderde je van lettertype. Leuk extraatje. Vond je een niet te dure drukker kon je voor offset kiezen, waardoor je je werk een professionelere toets meegaf.

Het fotokopieerapparaat, dat in de jaren tachtig van vorige eeuw zijn plaats op elk kantoor had opgeëist, was de topper om je werk portemonneevriendelijk onder de aandacht te brengen en toen de personal computer de wereld op zijn kop zette en een printer voor de perfecte afdruk van urenlang lay-outwerk zorgde, was het hek helemaal van de dam en kon de amateurschrijver zelf uitgevertje beginnen te spelen. ‘In eigen beheer’ was niet langer synoniem met schaamtelijk prutswerk en mateloos geklungel. Ook de kleine schrijver kon voortaan groots zijn in de publicatie.

Ben ik hier nu een geschiedenis van de moderne druktechnieken aan het afleveren? Laat ik dan enig voorbehoud qua volledigheid en precisie maken, want aan dagenlang opzoekwerk in deze heb ik een broertje dood.

Het internet verruimde de horizon aanzienlijk en de weg naar een breed publiek lag nu wijd open. Hoe je op een onoverzichtelijk heir van concurrenten de strijd om aandacht in je voordeel kon beslechten was een ander paar mouwen. Ik dacht: kwaliteit misschien? Of originaliteit? Kan humor een bijdrage leveren? Zijn boeiende thema’s de sleutel tot succes? En er is niet alleen het inhoudelijk element. De manier waarop je jezelf presenteert is minstens even belangrijk zodat de handige Schrijversharry tegelijkertijd lay-outer en stylist wordt. Multifunctionaliteit is een teken van onze tijd. Ook in andere disciplines word je er meer en meer op afgerekend. Ver weg is de sjofele schrijver aan een tafel op een zolderkamer wiens pen zijn enige zorg was, maar de fles blijft wel binnen handbereik.

We zijn anno 2017 en het internet barst uit zijn voegen. We kunnen slechts hopen dat een berichtje op Facebook een magisch aantal bezoekers genereert. Zoals voor de lancering van een nieuwe website bijvoorbeeld. ‘In het Hol van Devos’ is rijkelijk gestoffeerd en verdient enige aandacht meent de auteur. Je vindt er de verschillende aspecten van de literatuur in terug in meer of mindere mate. Urenlang leesplezier gegarandeerd. Hoop ik. Wens ik. Verwacht ik. Ordonneer ik. Nu nog een massa likes, tonnen opbeurende commentaar en een resem enthousiastelingen die deze link spontaan delen en de schrijvervos kan zich voor even weer in zijn burcht terugtrekken, vol van zichzelf en het aantrekkende succes. 

* http://www.knack.be/nieuws/boeken/nooit-meer-typen-de-schrijfmachines-van-willem-frederik-hermans-in-woord-en-beeld/article-normal-563561.html

Reageer hier